DE ROLSTOEL

De telefoon rinkelde. Ik nam op en horde een opgewekte stem, die zei: “ Bassie, je spreekt met Monique. Ken je me nog?”
Ik wist meteen wie ik aan de lijn had.
“Tuurlijk,” antwoordde ik. “Hoe zou ik nou Monique Wijnen kunnen vergeten!?” En ik voegde er aan toe: “Da's een tijd geleden dat ik je voor 't laatst zag.”
Haar schaterende lach zei me genoeg. Ik vroeg haar: “Monique, hoe oud ben je nu?” “Negenentwintig jaar, Bassie,” zei ze.
“Nou, dan zul je in de loop van al die jaren vast wel een stuk gegroeid zijn,” reageerde ik.
Opnieuw galmde haar aanstekelijke lach door de telefoon:
“Je bent nog steeds de clown die ik ooit kende, Bassie!” “Ja Monique, ik kan verder niks.”

Monique bezocht vijfentwintig jaar geleden, als meisje van vier jaar jong, heel vaak met met haar vader en moeder de Lachspektakelshow van Bassie & Adriaan.
De reden dat ze zo moest lachen, toen ik zei: ‘Je bent vast wel een stuk gegroeid…' was, dat ze eenvoudig niet zo erg kon groeien. Monique zit namelijk vanaf de leeftijd dat andere kinderen voor het eerst gaan lopen in een rolstoel. In plaats van armen en handen heeft ze twee korte stompjes en ook haar benen zijn hooguit dertig centimeter lang. Zo iemand, kan ik u verzekeren, vergeet je niet zo gauw.

Ondanks haar handicap was zij als kind al een opgewekte meid. Dat was nog steeds zo. Zij was alleen nog maar vrolijker geworden. Ze vertelde mij dat ze een vriend had en bovendien was zij redactrice van een lifestyle blad. Dit tijdschrift was speciaal gericht op lichamelijk gehandicapte mensen. Ondanks haar handicap, vertelde ze mij, reed ze in een Mercedes Vito waar ze met haar rolstoel in kon rijden. Ze reisde veel en zelfs had ze een aantal jaren in het buitenland gewerkt. Ik bedoel maar, als we het over doorzettingsvermogen hebben…

Monique vertelde me met opgewekte stem dat ze met een bijzonder project bezig was. Het heette ‘Rolling with the Stars'. De bedoeling was om ‘Bekende Nederlanders' (iets dat ik zelf zo'n raar begrip vind) een dag lang in een rolstoel te laten rijden om daarna hun ervaringen op te tekenen. Nou, voor zoiets ben ik altijd wel te porren.
Dus, op vrijdag 4 april liet ik me in een rolstoel zakken en daar zoefde ik, met Monique in mijn kielzog, Rotterdam in. We reden naar de Lijnbaan en omgeving om daar aan den lijve te ondervinden hoe het was om in een rolstoel winkels te bezoeken.

Welnu, ik kan u naar eigen ervaring vertellen dat die winkels daar van mij allemaal een dikke onvoldoende krijgen. Ook de opritjes bij de trottoirs, die bedoeld zijn om het voor de gehandicapte rolstoeler wat makkelijker te maken, zijn een lachertje. Ik mag met mijn 71 jaar nog behoorlijk sterk zijn in m'n armen, maar lang niet iedereen kan dat zeggen. Voor menig rolstoelpiloot is de binnenstad van Rotterdam een ware nachtmerrie. Ja, en intussen zei ik tegen Monique: “Noteer even meissie, dit kan echt niet door de beugel, en dat al helemaal niet! Die winkel kun je nooit binnenkomen in je rolstoel…”
En Monique schreef alles in een keurig handschrift in haar notitieboekje. Maar dan wel met dit verschil, dat de balpen tussen haar grote en de teen daarnaast zat. Voor haar is het de enige manier om überhaupt te kunnen schrijven.

Ondanks alles hebben we heel wat afgelachen. Ik moet trouwens zeggen dat de bereidheid van de Rotterdammers om een gehandicapte in een rolstoel te helpen bijzonder groot is. Zonder te vragen doen ze deur voor je open of ze geven je een behulpzaam zetje als je onverhoopt met een wiel van je rolstoel klem zit in de tramrails. Maar daar staat dan wel weer tegenover dat je er goed de smoor in krijgt als je met je rolstoel –nota bene voor de ingang van de metro- de Koopgoot ingaat om dan tot de ontdekking te komen dat je voor het niet te overwinnen obstakel van een roltrap staat! Vervolgens kun je de Koopgoot wel via de lift binnen komen, maar daarna zit je weer klem als je de metro in wil. Ja, ja, dan moet je even nagaan dat de ingenieur die de metro ontworpen heeft speciaal daarvoor op school gezeten heeft. RET, Foutje, Bedankt!

Als je jezelf een beetje trendy wil kleden, sla dan als rolstoelpiloot de Koopgoot maar over. Want niet een winkel is hier toegerust met een oprijplank. Navraag hierover leerde mij dat zo'n praktische plank van een meter in het vierkant niet door het bestuur van de Koopgoot toegestaan is. Conclusie: het bestuur van de Koopgoot heeft geen enkele boodschap aan rolstoelpiloten. Alleen de Tuinen lappen dit verbod aan hun kruidentuintje, want hier kun je prima naar binnen rijden. Maar als je een CD of DVD wil kopen, heb je op de Lijnbaan toch echt een probleem: zowel bij de Free Record Shop als bij de Music Store sta je met je rolstoel ‘mooi' voor een gewone trap en een roltrap. Bijna alle trendy zaken op de Rotterdamse Lijnbaan kom je in je eenpersoonstandem niet binnen!

“He Bassie, is het nou echt allemaal kommer en kwel, daar?” vraagt u?

Nee hoor, bij Hunkemuller kon ik probleemloos naar binnen. De verkoopsters vroegen zelfs of ik binnen wilde komen. Maar ja, vorige week heb ik daar net drie nieuwe bodystockings gekocht en ook een nieuwe BH met zo'n aardige en bijpassende string. Dus u begrijpt natuurlijk wel: alhoewel Hunkemuller goed bereikbaar is voor een rolstoeler, sloeg ik de zaak toch maar mooi over. Lachuuuuuhhhhh!

In de restaurants is de medewerking van het personeel uitstekend te noemen. Bij Hot en Cold in de Koopgoot was de ober zelfs niet te beroerd om de hulphond van Monique een bakje vers water te brengen. Maar pas wel op. Bij restaurant Burger King moet je met je rolstoel scheef over de drempel rijden, anders lukt het eenvoudig niet om daar binnen te komen. De klanten keken nieuwsgierig toe hoe Monique met behulp van haar tenen heel handig haar frietjes naar binnen werkte. Sja, voor Monique is dat nu eenmaal de enige manier om te eten.

De Bijenkorf is een feest voor de rolstoeler. Lekker brede gangpaden tussen de schappen. Het zou echter niet misstaan om hier en daar kleine bordjes op te hangen die aangeven waar je de lift kunt bereiken. Ook bij Albert Heijn is alles prima in orde. Brede paden en het personeel schiet als een raket op je af om te helpen als je iets uit een hoog schap wil pakken. Voor het overige is de bereikbaarheid van de meeste winkels in het centrum van Rotterdam voor de rolstoelpatiënt gewoon ‘naatje', zoals ze dat in Rotterdam zonder franje zeggen.

Deze week las ik dat burgemeester Ivo Opstelten van Rotterdam trots had opgemerkt: “Ik heb al vijf miljoen bij elkaar om in 2010 de Tour de France vanuit Rotterdam te laten vertrekken.”
Leuk, maar kan daar niet een paar ton vanaf om  een handige invalidenlift in het metrostation van de Koopgoot te laten aanbrengen? En tegen het bestuur van de Koopgoot zou ik willen zeggen: wordt het niet eens tijd om met beide benen op de grond te komen en die belachelijke huisregel, dat er geen oprijplank bij een winkel geplaatst mag worden, te schrappen?

Mijn advies aan u is simpel. Gaat u ook eens, net als ik, een dag lang in een rolstoel door het centrum van Rotterdam rijden. Dan merkt u al heel snel hoe beroerd een en ander voor de rolstoeler geregeld is. En dan moet je nagaan dat u dan nog maar een dag in zo'n rolstoel zit. Denk eens even aan de mensen die hun leven lang aan de rolstoel gebakken zitten.

Verder: wat er ook gebeurt, altijd blijven lachen. Alhoewel…

© Bas van Toor